Dinsdag 26 Augustus 2008

Rond 8.15 uur rollen we uit ons bed om ons klaar te maken voor de boottrip naar de Kenai Fjords N.P. Terwijl we even naar de dump rijden wordt ons plaatsje in het water bijna al ingepikt. We parkeren de camper snel weer terug op zijn plaatsje en lopen naar het centrum. Het weer lijkt mooi te worden, we zien al stukjes blauwe lucht en bergen uit de wolken komen. Na het inchecken moeten we nog even wachten om aan boord te gaan. Even tijd om mensen te kijken, onze boot lijkt een hoog “grijs”gehalte te hebben. Om 11.15 uur mogen we aan boord van de Kenai Star. We mogen allemaal even poseren met een boei voor een prachtige foto. We hebben tafeltje 12 toegewezen gekregen aan het bovendek.

Aan boord is er een ranger van de Kenai Fjord Wildlife Conservation, die ons deze dag van alles zal vertellen over de natuur en de dieren. Ook al schijnt het zonnetje het is toch best fris. Al snel na we de haven uitgevaren zijn zien we het eerste wildlife: zee-otters. We draaien met de boot om de beestjes heen die heerlijk in het water liggen te spartelen. Verder zien we gletsjers die onderdeel zijn van het Harding Icefield, papegaaiduikers en Steller zeeleeuwen. De zeeleeuwen liggen heerlijk op de rotsen te zonnen. Rond 14 uur gaan we aan het buffet, er is meer dan genoeg eten en het smaakt prima.

Inmiddels naderen we onze bestemming de Aialik gletsjer. Overal drijven stukjes ijs in het water. De Aialik gletsjer kalft af in het water en is zeer imponerend en blaus. We horen heel wat gedonder in de gletsjer maar we zien helaas geen spectaculaire dingen gebeuren. Bij de gletsjer is het flink koud. Terug passeren we een Bald Eagle met jong, die op het punt staat uit te vliegen. Op weg naar de Chriswell Islands stuiten we op 2 bultruggen. Wat een prachtig en imponerend gezicht die prachtige dieren hier in deze omgeving te zien. Ze zijn zeer actief en springen zelfs uit het water. Als we weer wegvaren lijken we uitgezwaaid te worden door 1 van de bultruggen. Even later zien we nog een bultrug welke zeer dicht langs de boot zwemt.

Wat een geluk hebben we vandaag. We krijgen ook nog een keer papegaaiduikers, meeuwen en Steller zeeleeuwen op de rotsen te zien. Rond half 6 begint het toetjes-buffet waarbij we kunnen kiezen uit allerlei heerlijke taartjes. De tocht wordt afgesloten met een paar “Dall Porpoises” die in de boeggolf van het schip met ons mee zwemmen. Om kwart voor 8 meren we aan in de haven van Seward. ‘s-Avonds worden we ook nog getrakteerd op een prachtige zee-arend vlakbij.

Woensdag 27 Augustus 2008

Na een nacht met veel regen is het wederom in de ochtend droog. We vertrekken weer uit Seward en rijden naar de Exit Gletsjer. We nemen het pad naar de rand van de gletsjer. Onderweg komen we steeds bordjes tegen met jaartallen waaruit blijkt dat de gletsjer zich duidelijk aan het terugtrekken is vanaf het begin van de 20e eeuw. Zoals altijd is ook deze gletsjer weer indrukwekkend. ‘s-Middags doet Leontine een rondleiding en tour met sledehonden bij Mitch Seavey en Reinier gaat vissen aan de baai van Seward.

De rondleiding begint met een uitleg over de Iditarod, een zeer belangrijke sledehondentocht van Anchorage naar Nome aan de westkust. De race wordt in maart gereden en een team doet daar gemiddeld 10 dagen over. Zo’n 30 jaar geleden was dit nog het dubbele. Ieder team gaat van start met een team van 16 honden. Er mogen tijdens de race alleen maar honden uit het team gehaald worden en geen toegevoegd. Uiteindelijk finishen de teams meestal met 8-12 honden. Ze racen steeds 6 uur met dan een rustpauze van 6 uur, waarvan 5 uur gebruikt wordt voor de verzorging van de honden. Ze krijgen dan beenwarmers en een soort broekje en jasje aan om zich warm te houden. De gehele race lopen ze op soort sokjes om hun pootjes te beschermen.

De honden worden vooral getraind op uithoudingsvermogen en snelheid en niet op trekkracht. De slede’s tegenwoordig zijn zo licht. Het zijn dus allemaal slanke, ranke honden en heel erg enthousiast. We worden gebracht naar het veld waar alle honden zijn. Ze hebben allemaal een soort vat als hokje. In totaal zijn er 130 honden. We maken met 8 mensen op een kar met wielen een rondtocht door het bos met 14 honden ervoor. Omdat het eigenlijk te warm is voor de honden moeten we regelmatig een stop maken. Na de rondrit is het tijd voor het leukste onderdeel: met de puppy’s knuffelen.

Er zijn 2 nestjes met kleine hondjes die iedereen graag wil knuffelen. Schattige beestjes die je zo mee zou nemen in je binnenzak. We sluiten de tour af met een demonstratie van de slede en de uitrusting van de musher. Om half 4 is Reinier ook weer terug die 2 zalmen heeft gevangen bij de Nash Road. Hier blijkt ook nog een soort camping te zijn, waar niemand het bestaan van af weet. Er was namelijk helemaal niemand. De filetjes zitten in de koelbox dus we kunnen op weg naar onze volgende bestemming.

Onderweg stoppen we nog een keer bij de messenshop, die weer dicht blijkt te zijn. Reinier wil toch graag even kijken dus loopt even rond en klopt aan bij de werkplaats. Er blijkt toch iemand te zijn. We mogen binnen komen kijken in de werkplaats. Het is een flinke bende maar we worden hartelijk ontvangen. Reinier krijgt al snel allerlei bot, fossielen en weet ik niet wat mee. Het blijken hier ook weer echte vrijbuiters te zijn. Er komt nog iemand aan de deur van de werkplaats om te vragen wanneer de winkel opengaat. Er wordt hem vertelt misschien morgen maar niet te vroeg. Wij mogen wel de winkel zien en krijgen een hele rondleiding. Met een zakje met allerlei spullen om messen te maken verlaten we de werkplaats weer.

Onze laatste stop deze dag is een zo goed als lege Ptarmigan Creek camping. Er blijken voor het aanstaand weekend van Labor Day wel allerlei reserveringen te zijn, maar niet voor door de weeks. We stoken de barbecue op en eten wederom heerlijke zalm met gepofte aardappels en groente. ‘s-Avonds begint het een beetje te druppelen. We gaan nog even een kijkje nemen bij de rivier die helemaal gevuld is met roze zalmen met groene koppen.

Donderdag 28 Augustus 2008

Wederom een hele nacht met regen. Om 8 uur is het droog en rijden we naar de parkeerplaats bij het begin van de wandeling langs Ptarmigan Creek. We zetten onze naam in het boek, we zijn de eerste vandaag. Het pad gaat al snel door hoge begroeiing en is nat van de regen. We besluiten gelijk maar onze regenbroeken aan te doen aangezien het pad ook zeer modderig is. Dan vervolgen we onze weg door het struikgewas. Langs deze trail wordt veel wildlife gezien dus ook beren. De wandelstokken doen dienst voor het maken van geluid. We volgen de Creek over een niet al te moeilijk pad. We zien wel regelmatig hopen berenpoep liggen. Als we op een gegeven moment naar de zalmen in de rivier aan het kijken zijn, zien we opeens aan de overkant de bosjes flink bewegen. Het hart klopt in onze keel en we krijgen het toch wel even benauwd. Het blijkt een zwarte beer en die is niet eens zo heel ver weg. We maken geluid om ons kenbaar te maken en de beer kijkt ons even nieuwsgierig aan. Echt heel leuk om een beer te zien, maar we hopen wel dat hij aan die kant van de creek blijft. Langzaam aan loopt de beer weer verder, terwijl hij af en toe omkijkt en verdwijnt dan in het struikgewas.

We zijn erg onder de indruk van onze ontmoeting. Het pad vervolgen we verder en we zien steeds meer berenpootafdrukken en berenpoep. Na 1,5 uur lopen staan we even stil om wat te drinken. Een ander stel komt ons achterop, het blijken ook Nederlanders te zijn uit een dorp vlakbij de onze. We besluiten samen verder te lopen en al kletsend lopen we door tot aan het prachtige meer. Het hele pad is bezaaid met berenpootafdrukken, het lijkt wel of er een beer voor ons uit loopt. We zien de beer echter niet. Bij het prachtige aqua-blauwe meer waar een serene rust heerst eten we iets voor we teruglopen. De tijd gaat snel als je praat en beren zien we niet meer. Tegen het einde van de trail begint het weer te regenen. Alles is nat en modderig.

Als afsluiting drinken we met elkaar nog een bak koffie met iets lekkers erbij en daarna gaan we ieder onze eigen weg. Rond half 4 rijden we richting Whittier. Prachtige wolkenpartijen, veranderde kleuren en regen kenmerken onze trip. Om 17.00 uur arriveren we bij de tunnel. We betalen $12 en mogen in de rij gaan staan voor de opening van 17.30 uur. Deze tunnel gaat elk half uur open om auto’s door te laten. Tot een paar jaar geleden kon alleen de trein door deze tunnel. Naast de rails ligt nu asfalt en zo kan je als auto/RV ook naar de overkant. Even voor ons gaat de trein door de tunnel en daarna mogen wij met 25 MPH door een smalle donkere tunnel.

Na de tunnel heb je alleen Whittier. Dit is toch een verhaal apart. Er is een treinstation, een parkeerplaats met heeeeel veeeeeel bootjes en 1 woontoren waar 80% van de ruim 200 inwoners woont. Tevens staat er nog een gigantisch grijs kolos, welke verlaten en vervallen is: de Buckner Building. Het blijkt dat hier tot 1968 de US Army gelegerd was. Ze zochten in de 2e Wereldoorlog een plek die zeer moeilijk te vinden zou zijn en omringd was door bergen en met een ijsvrije haven. Dit werd dus Whittier. Tot 2000 kon je hier alleen per boot of trein komen. Het treinstation is 1 rails met een plastic overkapping. Ook is er maar 1 camping, waar een gravelweg met flinke gaten toe leidt. Het blijkt al net zo’n zootje als de rest van dit dorp. Veel keus hebben we niet en voor $10 per nacht mogen we ook niet klagen. We kijken ‘s-avonds rond en alles blijkt verlaten of vervallen met uitzondering van een nieuw hotel en wat nieuwe houten gebouwtjes van excursie-bureau’s. Reinier gooit zijn hengel nog in de haven uit, maar helaas wil geen vis bijten vandaag.

Vrijdag 29 Augustus 2008

Om half 7 gaat deze dag onze wekker en om 8 uur staan we klaar bij het bootje Sound Access in de haven. We gaan vandaag op Whale Watching met Gerry Sanger van Sound Eco Adventures. Deze excursie hebben we via internet geboekt omdat dit zeer kleinschalig bleek. Met maximaal 6 mensen wordt deze excursie gedaan in de Prince William Sound. Er gaat nog een ouder stel mee uit een andere Amerikaanse staat en onderweg zullen we nog 2 kajakkers ophalen bij een hut. De boot heeft 2 motoren van 140 pk dus de snelheid zit er al snel in. Er hangen nog vele wolken, wat prachtige uitzichten oplevert. We stoppen eerst bij een waterval en rotsen met zeevogels en dan gaat het gas er weer op.

Na 3 kwartier zien we op enige afstand Dall Porpoises springen. Gerry vaart ernaar toe, maar ze hebben geen zin om te spelen. Een half uur laten zien we weer een andere groep, deze heeft wel zin in spelen. Al snel zwemmen ze in de boeggolf van de boot mee. Wat zijn die beesten snel, het valt niet mee om ze op de foto te nemen. De volgende stop is een kolonie van Steller zeeleeuwen. Ook zij zijn behoorlijk actief en springen en spelen en maken veel lawaai. Het levert prachtige plaatjes op. Ook het zonnetje schijnt inmiddels en een blauwe lucht geeft prachtige vergezichten. Leontine krijgt de eerste bultruggen van vandaag in het zicht. Ze zijn erg ver weg maar de blows zijn van grote afstand te zien met spiegelglas water en helder weer. We krijgen ook de eerste staarten te zien, dit betekent dat ze duiken en 6-9 minuten onder water zijn. Het is dan weer een verrassing waar ze weer opduiken. Op eens zie je dan weer een “blow” en zijn ze weer in het zicht. Ze blazen een paar keer uit en duiken weer onder.

Verder krijgen we 2 soorten papegaaiduikers te zien: de horned en de tufted puffin. Ze hebben een andere verschijningsvorm en snavel dan de Atlantic puffin die we in Schotland en IJsland hebben gezien. We zien ze niet op de rotsen maar in zee. Het is de tijd dat ze uit gaan vliegen naar zee. Ook de bultruggen gaan op weg naar het zuiden, richting Hawaï. Er wordt ons vertelt dat er ieder jaar minder bultruggen naar Alaska komen. Gelukkig hebben wij ze nog wel gezien. Even later komen er wederom 3 bultruggen in ons zicht. Die zijn echter weer vrij snel verdwenen. Om half 1 zijn we bij Green Island waar we 2 kayakkers ophalen. Zij hebben hier 5 dagen gezeten in een hut. Wat een prachtige plek op een eiland midden in de Prince William Sound. Helemaal verlaten van alles, ver van de bewoonde wereld. De hut is zeer spartaans ingericht maar heeft alle benodigde dingen en een outhouse (oftewel gat in de grond). In het water springen de zalmen vrolijk in het rond. Dit moeten we onthouden voor als we nog eens terugkomen. Nadat alles is opgeladen varen we verder richting Whale Bay en Icy Bay, nog een aardig eindje varen. We genieten van de prachtige uitzichten, deze wildernis met een bijna strak blauwe lucht. Wat een geluk hebben wij weer.

In Whale Bay spotten we inderdaad weer bultruggen, maar ook deze keer blijft het bij ruggen, blows en staarten. Helaas geen springende walvissen. De volgende baai is Icy Bay en we begrijpen al snel waarom dit zo heet. De baai ligt helemaal vol met ijsschotsen. Gerry vaart er langzaam tussen door. Je hoort het ijs kraken en knappen. Daarna kunnen we doorvaren tot vlak bij de immense Chenach gletsjer. Er ligt nog een boot heel dicht bij de gletsjer, hierdoor zie je nog eens hoe enorm deze gletsjer is.

Hier vallen toch regelmatig stukken naar beneden. Bij de gletsjer is het toch gelijk weer een heel stuk kouder, ondanks dat het prachtig weer is. Volgens onze gids hebben we de mooiste dag van heel de zomer. Bij deze gletsjer zwemmen ook heel wat zeehonden, die krijgen we echter niet van heel dichtbij te zien. De terugweg uit de ijsmassa gaat een stuk gemakkelijker omdat het ijs zich inmiddels alweer verplaatst heeft. Op de terugweg zien we wederom nog 2 bultruggen en ook nog een paar Dall Porpoises die in de boeggolf mee zwemmen. Door het prachtige weer kunnen we de bergen en gletsjers die in de ochtend nog in de wolken lagen allemaal aanschouwen. Om 20.00 uur, dus 12 uur later, stappen we weer aan wal in Whittier.

We lopen terug naar de camping waar de camper op ons wacht. We starten de generator om de magnetron te gebruiken en accu’s op te laden van de fototoestellen en videocamera. Buiten steekt er ‘s-avonds een flink windje op. Onze buren hebben een flink kampvuur en staan vrolijk met geweren te zwaaien. Dit is Amerika! Toch effe wennen!…

Zaterdag 30 Augustus 2008

Ook deze dag worden we weer wakker met een strak blauwe lucht, ondanks een flinke wind is het niet koud. We vertrekken weer uit Whittier en nemen de tunnel-opening van 9.00 uur. In de haven van Whittier blijkt deze morgen een gigantisch cruiseschip te liggen. Overal staan touringcar-bussen die volgeladen worden met passagiers. Bij de tunnel krijgen deze bussen alle voorrang om als eerste door de tunnel te gaan. Wij moeten rustig wachten. Aan de andere kant van de tunnel blijkt het een drukte van belang: allemaal pick-ups met boottrailers.
Dit is het weekend van Labor Day en iedereen gaat er op uit. Ze hebben een lang weekend en het is een soort afsluiting van de zomer. We kunnen het op de weg goed merken, het is gewoon druk.

Onze eerste stop is de Alaska Wildlife Conservation Center in Portage. Hier worden gewonde en dieren die wees geworden zijn opgevangen en gefokt. Je mag er met de auto doorheen rijden en steeds uitstappen of je auto op de parkeerplaats zetten en rondlopen. Wij kiezen voor het laatste, het park is namelijk helemaal niet zo groot. De elanden slapen deze morgen nog en lijken niet van plan op te staan. We zien wel activiteiten bij de muskusossen, bruine beren en bizons. In het park hebben ze 2 groepen bizons: De Wood Bizon en de Plains Bizon. Machtige dieren om te zien. Verder zijn er herten, kariboe’s, zwarte beren, een vos en een bald eagle te zien. Helaas is het wel erg druk in het park. De touringcarbussen van het cruiseschip lijken dit ook juist vandaag te willen bezoeken.

Tijd om verder te gaan. We tanken en dumpen bij het benzinestation in Girdwood. In het dorpje vinden we een Mercantile waar we wat inkopen kunnen doen. Net na de middag besluiten we alvast een plaats op de camping te zoeken omdat de campings nu snel vollopen. We vinden een mooi plekje op de camping van Bird Creek. Reinier gaat vissen bij Bird Creek wat nog niet mee blijkt te vallen. Het tij is erg laag en bij de rivier is het een echte modderpoel. Waar lieslaarzen al niet handig voor zijn. Om half 6 is hij terug met wederom een pink salmon. We eten dus maar weer zalm deze avond. We lopen buiten met korte mouwen wie had dat gedacht in Alaska. We douchen deze keer in de camper omdat er op de camping alleen maar dry-toilets zijn.

Zondag 31 Augustus 2008

Een dag om eens heerlijk uit te slapen. We betalen de camping voor nog een nachtje en rijden dan naar Girdwood om onze watertank te vullen, gezien deze weer leeg is na een douche. We gooien maar weer eens voor $100 benzine in de camper. Uit de automaat bij het benzinestation halen we een beker cappuccino. Deze blijkt echter niet zo te smaken als we verwachten. Het blijkt een soort mierzoete chocolademelk te zijn. Als we bij de kassa vragen of we toch niet iets verkeerd gekregen hebben blijkt dit niet zo te zijn. We worden gewoon misselijk van dit goedje dus verdwijnt het al snel in de afvalbak. Bij de bakkerij halen we echte koffie met 2 koeken die we meekrijgen in een “hamburger” doosje.

Rond het middaguur zijn we weer terug op de camping. Het is inmiddels gaan regenen. Dit is de eerste keer dat we echt overdag regen hebben en het zal die dag ook niet meer stoppen met regenen. Reinier wil toch gaan vissen dus dan maar in de regen. Tijdens het vissen spreekt hij veel mensen die uit Anchorage hier komen vissen. Zij vertellen hem dat het door de dure brandstofprijzen bijna onbetaalbaar wordt om nog in de wildernis te wonen. Voor alles wat ze hebben, is brandstof nodig: 4Wheel-drives, vliegtuigjes, kachels, boten e.d. In de stad zie je dat mensen soms ook een klein wagentje erbij nemen.

‘s-Avonds bakken we pannenkoeken op z’n Amerikaans. We hebben geen schaal en garde, maar met pan en lepel lukt het ook aardig. Hierdoor hebben we deze keer wel een flinke afwas. ‘s-Avonds trekt Reinier er wederom met zijn hengel op uit in de regen. Na 1,5 uur komt hij geheel doorweekt terug, zonder vis. Zijn lieslaarzen had hij ook volgeschept met water. Het tij kwam flink omhoog en de moddervelden waren nu bijna helemaal verdwenen. Met de blower en de verwarming aan proberen we het een en ander droog te krijgen.

Maandag 1 September 2008: Labor Day

Na een dag en nacht regen is de camping een complete modderpoel geworden. We verlaten Bird Creek om verder noordwaarts te reizen. We rijden richting Anchorage en al snel laten we de grijze, grauwe luchten achter ons. De Turnagain Arm heeft nu hoogwater en alle moddervelden zijn verdwenen. Bij alle wegwerkzaamheden die we passeren is niemand te zien. We kunnen zo snel door Anchorage heen. We nemen de Glenn Highway richting Palmer. We stoppen nog even bij het plaatsje Eklutna, waar we bij een houten kerkje kijken en een begraafplaats met beschilderde houten grafhuisjes. De huisjes waar een hekje om heen staat zijn van een Chief, oftewel opperhoofd. Sommige grafhuisjes zien er nog heel mooi uit, maar anderen zijn helemaal vervallen en overwoekerd met struiken.

Na een bak koffie nemen we de Old Glenn Highway naar Palmer. Niet echt een mooie route, vooral veel oude troep langs de weg, wat kunnen ze hier een zootje ergens van maken. In Palmer komen we uit bij de Fred Meyer, die deze dag toch open blijkt te zijn. We doen dus nog maar wat inkopen en vragen aan de caissière waar de State Fair ergens is. Volgens haar is het ongeveer 0,5 mile lopen en moet je daar betalen voor parkeren. We besluiten dan de camper op de P-plaats bij de supermarkt te laten staan en het stukje te lopen. Het stukje blijkt echter een aardig stuk lopen. We lopen over een soort vluchtstrook van de Glenn Highway. Helaas vergeten we zowel fototoestel als videocamera dus hebben we van de hele State Fair niets vast kunnen leggen.

De State Fair blijkt een hele happening en een echt dagje uit op Labor Day, de afsluitingsdag. Er zijn echt heel veel mensen op de been. We betalen $10 entree en kunnen dan overal in. Het is een mengeling van een keuring van livestock (dieren), groente’s, standjes, muziek, kermis, eettentjes en shows. Je kan campers kopen, maar ook snowmobiles en hottubs. Bij de ingang zien we gelijk al een prachtige houten beer die gemaakt is met een kettingzaag. De man die ze gemaakt heeft staat op het punt om weg te gaan en we mogen een beer voor $20 meenemen i.p.v. $40. Daar hoeven we niet lang over na te denken. We lopen wel de gehele dag met een houten beer op onze arm. Dit levert ons heel veel reactie’s op van mensen. Iedereen vraagt ons waar we die gekocht hebben en iedereen vind de beer blijkbaar erg leuk.

Om 15 uur zitten we op de tribune bij een Lumberjack show. Er zijn 3 deelnemers aan deze houthakkersshow. Iedere tribune moet voor 1 van de deelnemers joelen en klappen. Er wordt alvast geoefend met de “houthakkers-kreet”. Er moet hout gehakt worden met bijl en kettingzaag, boomstammen moeten verplaatst worden en er wordt ook in palen geklommen. Het is een hele show en leuk om mee te maken. Het zonnetje schijnt deze dag ook weer volop. Met een maagje vol en nog allerlei leuke dingen aanvaarden we de wandeling weer terug naar de camper. Onderweg worden er nog raampjes opengedraaid en krijgen we nogmaals complimenten over onze beer. Dit zou je in Nederland toch nooit mee maken, die spontaniteit. Bij de benzinepomp vullen we voor het eerst onze propaantank bij voor $21.

Tijd om op zoek te gaan naar een camping voor de nacht. In de Milepost zoeken we een camping met wasserette. We komen terecht bij Ice Worm RV Park, een niet echt gezellige camping, niet goedkoop maar wel met wasmachines en drogers. We zoeken snel onze was uit en stoppen het snel in de wasmachine die nog leeg is. We doen gelijk maar eens even een bezem door de camper heen, geen overbodige luxe. Als de eerste was klaar is, zijn alle drogers nog in gebruik. Zodra 1 van de drogers gereed is, stoppen we de droge was van iemand snel in 1 van de wasmanden en stoppen we onze natte was erin. Uiteindelijk zijn we tot middernacht bezig, maar dan kunnen we de laatste 2 weken ook weer doorkomen met schone kleding.

Ga naar het reisverslag van week 3